Hoofdstuk 17
Mercier zit achter zijn bureau. Door het verhaal van Bijou is hij helemaal weer terug in het verleden. Er is veel wat hij moet overdenken. Veel herinneringen. Sommige daarvan doen nog steeds pijn. Hij dacht dat hij er na al die jaren overheen was, maar dat bleek een vergissing te zijn. Alles kwam weer terug. Alles, zelfs de kleinste details waren in zijn geheugen opgeslagen. Hij zag opnieuw haar gezicht. Haar betraande ogen met uitgelopen mascara. Hij had haar er des te meer om lief gehad.
Hij wist nog dat hij haar hartverscheurend hoorde huilen op haar hotelkamer. Hij had geklopt en was toen binnen gelopen. Ze zat nog met haar jas aan naast het bed. Hij had haar in zijn armen genomen en na verloop van tijd haar jas uitgedaan en haar in een stoel geïnstalleerd, de haard aangedaan.
Na verloop van tijd was ze rustiger geworden, misschien door de wijn? In ieder geval hadden ze naar de vlammen gestaard en niet veel gezegd. Alleen af en toe praatte ze, meer tegen zichzelf dan tegen hem. "Weet je nog dat Max ....
En dan huilde ze weer. Hij had zich machteloos gevoeld, dat herinnerde hij zich nog zo goed. Hij wilde het verdriet bij haar wegnemen, maar kon het niet vanwege zijn eigen pijn om het verlies van zijn broer. Zo verliep de avond tot ze van uitputting wegdoezelde in haar stoel. Hij had een deken over haar heen gelegd en was naar zijn eigen kamer gegaan. 's Nachts was ze bevend bij hem in bed gekropen. En dat had hij goed gevonden. Oh ja. Was dat een vergissing geweest? Misschien, maar als hij weer in deze situatie kwam had hij waarschijnlijk precies het zelfde gedaan. En dus had hij haar getroost en had hij met haar gevrijd. Zelfs de volgende ochtend, toen hij op wilde staan, duwde ze hem weer terug.....
Dit keer was het geen troost. Ze wist wat ze deed. Hij herinnerde zich haar lichaam, haar prachtige bruine haar in de war en haar ogen met een rokerige bruine kleur. En haar geur: een combinatie van citrus, appel en kruidige kaneel met een zweem van lavendel. Nooit had hij deze geur meer geroken.
Nooit had een vrouw zo'n indruk op hem gemaakt en dat zou ook waarschijnlijk niet meer gebeuren ook. Dat was gewoon niet anders.
En nu dit.
Weer leest hij de brieven die hij van Bijou heeft gekregen. Dan loopt hij naar zijn boekenkast en pakt er wat uit, en loopt weer terug naar zijn bureau. Peinzend.
Christene zielen, wie is de vader van dit kind, deze jonge vrouw? Van zijn Celia, zijn Celia die nooit echt de zijne is geweest.
Een nacht en een ochtend. Toen heeft hij met haar geslapen. De liefde bedreven. Voor hem was het een droom die uitkwam, maar voor haar was hij misschien niet meer geweest dan een paar troostende armen, een illusie misschien wel. Misschien had ze toen ze vreeën wel gedacht dat hij Max was. VERDOMME Max, die altijd haantje de voorste was en altijd alles kreeg wat hij ook maar wilde. 'Verdomme!', herhaalde hij en sloeg met een vuist op zijn bureau, te hard.
'Wie, wie?', maalde het in zijn hoofd. Ineens werd hem kil om het hart. Nee, dat zal toch niet? Dat kan toch niet? Hoe oud is Bijou eigenlijk precies? Dat weet hij niet, op het adoptieformulier stond een vermoedelijke geboortedatum. Is ze een kind van
Gerald Bouvier? Celia was tenslotte met hem getrouwd, maar dat kon hij weer niet rijmen met de inhoud van de brieven. Was ze de liefdesbaby van Max? Dat zou haar zijn nichtje maken of of of ……. Zou dat kunnen? Hij rekende het na. Het zou wel kunnen in principe. Maar van twee keer vrijen? Jawel, dat kon best, per slot van rekening was er maar een enkel zaadcelletje nodig. Lieve hemel wat moest hij nu. Hij wrong zijn handen. Is Bijou van Max, zijn nichtje of is ze zijn dochter en hij haar vader.
Wat nu?