Hoofdstuk 6
Lief Dagboek,
Ik heb lang niet geschreven. Ik teken liever dan dat ik schrijf. Maar nu…. Hier moet ik wel over schrijven. Dit is zo bizar.
Vandaag. Ik word geroepen bij de groepsleiding. Drie man sterk en dan is het serieus. “Bijou” zeggen ze en ze keken super ernstig – ik denk eerst nog dat ik voor mijn examen gezakt ben, de uitslag moest vandaag komen-
Ik heb lang niet geschreven. Ik teken liever dan dat ik schrijf. Maar nu…. Hier moet ik wel over schrijven. Dit is zo bizar.
Vandaag. Ik word geroepen bij de groepsleiding. Drie man sterk en dan is het serieus. “Bijou” zeggen ze en ze keken super ernstig – ik denk eerst nog dat ik voor mijn examen gezakt ben, de uitslag moest vandaag komen-
“Bijou, ga zitten”. Mevrouw Leenders, de baas van het spul hier, zit achter haar bureau en de andere twee leiders zitten aan weerszijde van haar. Drie keer ernstige, strakke en strenge gezichten. Drie paar ogen kijken me aan. Wat zou er in vredesnaam aan de hand zijn?
Leenders vouwt haar vingers tegen elkaar en trekt een ernstig gezicht. Dan gaat ze verder met dat ze een officiële brief heeft gehad van een advocatenkantoor Dinges en Dinges (hé, zo heten ze niet echt natuurlijk). En wat blijkt: mijn oma had een zus Celia. Celia was overleden, ze had geen kinderen of andere familie. Behalve mij dus en ze liet mij haar huisje en een klein kapitaaltje na.
Yesss!!! Helemaal voor mij, ik ben rijk, schoot het door me heen. Maar ze schoten de ballon wel weer gelijk lek. Het verhaal was nog niet klaar. Met een strenge blik zei ze: ’Luister je eigenlijk wel Bijou? Dit is belangrijk voor je toekomst! Na aftrek van de kosten heb je genoeg geld voor de opleiding tot styliste en de aanschaf van wat meubilair.’ Ehh, leuk toch? Totdat ik 18 ben, mag ik er nog niet zelf gaan wonen en het kapitaal wordt voorlopig voor mij beheerd.
Verbluft verliet ik het kantoor. Nu was ik toch wel erg verbaasd. Ik dacht dat ik helemaal geen familie had, dat is mij altijd verteld. En al die tijd was er dus wel iemand. Dus LD, ik weet niet zo goed wat ik ervan moet denken. Heb ik wat geld en een huis en dan mag je er nog niets mee. En waarom heeft die tante Celia (noem je de zus van je oma eigenlijk wel tante?) me niet eerder hier weggehaald of zo, of me opgezocht? Eigenlijk vind ik dat wel gek. Maar omdat ik hier al zo lang zit, heb ik niet echt verstand van normale familiebetrekkingen.
Ik ben net gebeld: Ik ben geslaagd!!! Hieperdepiep!!!! Nu mag ik naar de opleiding. Mijn liefste wens komt uit. Vet. We gaan het vieren achter de container. We hebben een paar blikjes bier gejat uit de voorraadkast.